Minstens vijf subtypes van alzheimer ontdekt: 'Allemaal eigen behandeling nodig'

Hoogleraar Pieter Jelle Visser van Maastricht University heeft ontdekt dat er minstens vijf subtypes zijn bij de ziekte van Alzheimer. Zijn onderzoek met neuro-informaticus Betty Tijms kan aanleiding geven tot het vinden van betere medicatie voor mensen met alzheimer. Het artikel met bevindingen in wetenschappelijke tijdschrift ‘Nature Aging’ is ruim 50.000 keer gelezen in slechts enkele maanden tijd. Dit meldt het Eindhovens Dagblad.

De wetenschap weet al tijdenlang dat bepaalde afwijkingen in de hersenen kunnen leiden tot alzheimer. Maar de nieuwe benadering van Visser toont aan dat afwijkingen ten grondslag liggen aan verschillende soorten alzheimer, en die hebben allemaal een eigen behandeling nodig. Zo is er bij een soort alzheimer sprake van verkeerd uitgroeiende zenuwcellen in de amyloïde-eiwitten in de hersenen en bij een ander type gaat het om een grote hoeveelheid aan ontstekingen. Volgend onderzoek richt zich op het heel gericht inzetten van bepaalde medicijnen tegen deze verschillende types. “Dan kun je ook voorkomen dat mensen last krijgen van onnodige bijwerkingen.”

Verkeerde inzet medicijnen

Tot nu toe werd steeds aangenomen dat alzheimer bij iedereen van hetzelfde type is. Daar richtte medicijn onderzoek zich ook op. Maar nu blijkt dat sommige biologische processen in de hersenen bij bepaalde subtypes zijn verstoord, kan het dus zijn dat een geneesmiddel niet aansluit bij het soort alzheimer. Als een medicijn op de verkeerde persoon wordt getest, is er geen effect zichtbaar, terwijl dit bij een ander subtype voor heel andere resultaten kan zorgen.

Behandeling met antilichamen

In het onderzoek worden antilichamen ingezet als medicijn tegen amyloïde-klontering in de hersenen. Bij de ziekte van Alzheimer klonteren deze eiwitten en tau-eiwitten in de hersenen. Deze antilichamen binden zich aan het eiwit, waarna deze wordt afgevoerd. Recente studies tonen aan dat mensen hierdoor cognitief minder snel verslechteren, vanwege de remmende werking van de antilichamen. Visser is vooral enthousiast hierover omdat het amyloïde wordt weggehaald en daardoor ook minder kans is op andere schadelijke eiwitten.

Vergoeding antilichamen

Tegelijkertijd kleven er ook risico’s aan de behandeling: zo kunnen mensen kleine bloedingen in de hersenen krijgen die meestal weer overgaan. “Maar als alle tekens verkeerd staan, zou je er aan kunnen overlijden. We willen die onzekerheden beter in kaart brengen.” Het antilichaam dat Visser in zijn onderzoek heeft gebruikt, wordt in de Verenigde Staten al vergoed. Voor Europa geldt dat het Europees Geneesmiddelen Agentschap (EMA) zich hier eerst over moet buigen om akkoord te geven. Daarna volgt markttoelating in Nederland en moet er onderhandeld worden over de prijs. De onderzoeker hoopt vooral dat een bestaand geneesmiddel meteen ingezet kan worden voor gerichte behandeling van alzheimer.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky